
Achter het behang
Soms zou ik je wel achter het behang willen plakken en verhuizen.
Het is typisch een uitdrukking waarvan ik eigenlijk niet weet of het echt een uitdrukking is, maar die ik toch met enige regelmaat gebruik. Want hoe lief de kids ook zijn, zo af en toe zou ik echt wensen dat we toch behang hadden genomen. Want achter stucwerk plakken klinkt toch minder fraai en handig.
De tweeling kan inmiddels aardig lopen en gaat steeds beter begrijpen wat er om hen heen gebeurd. Dat lopen is sowieso fijn, want ze wegen bijna 14 kilo, en daarnaast is het ook gewoon gezellig dat je een beetje met ze kunt communiceren. Als we zeggen ‘kom op jongens, naar boven’ dan waggelen ze gezellig achter elkaar naar de trap om aan de klim te gaan beginnen. Het woordje ‘eten’ zorgt ervoor dat ze bij hun stoel gaan staan en zo zijn er nog wel meer handigheden.
Het woordje ‘nee’ leren ze inmiddels ook. Van ons wel te verstaan, hoewel een van de jongens het ook goed gaat gebruiken als hem iets niet bevalt. Nee, niet uit de prullenbak eten. Nee, niet je speelgoed in de kastjes verstoppen. Nee, niet likken aan de deur. Nee, niet met glas spelen. Nee, geen kopjes leegdrinken. En ja, dit zijn allemaal situaties die echt voor zijn gekomen. En niet eenmalig, maar regelmatig.
Dat we wat vaker moeten uitleggen waar de grens ligt, vind ik nog niet zo erg. Wat ik vervelender vind is het gemuts om niets. Huilen zonder tranen, drama in drie seconden. Om redenen die ik totaal niet kan volgen, maar aan het humeur van de dreumes in kwestie te merken is het vrij ernstig. Op een slechte dag is dat zo’n dertig keer per uur. Dat zijn precies van die dagen dat ik even diep zucht, aan dat behang denk, en vervolgens toch probeer om het drama te verzachten met afleiding.
Gelukkig hoor ik vaak een stemmetje in mijn achterhoofd:
Alles is een fase, alles is een fase!
En als dat niet werkt, kunnen we voor ons nieuwe huis altijd nog een extra rolletje behang bestellen. Je weet maar nooit!